Hoelang moet de RI&E en PVA worden bewaard?
In de Arbowetgeving worden geen termijnen aangegeven voor het bewaren van stukken, dus ook niet van de RI&E. Dus een wettelijke verplichting is er niet, toch doet u er verstandig aan om de RI&E en de plannen van aanpak, zeker voor een termijn van 5 jaar te bewaren. De belangrijkste reden hiervoor is dat het bedrijf bij een (civielrechtelijke) aansprakelijkheidsclaim (bijv. een schadevergoeding van een werknemer) moet kunnen aantonen dat het voldaan heeft aan de zorgverplichting richting de werknemers.
Ook Inspectie SZW kan naar de RI&E en plan van aanpak vragen tijdens een bedrijfsbezoek.
Is een uitzendbureau verplicht een RIE op te stellen voor werkzaamheden die uitzendkrachten verrichten bij het bedrijf waar zij geplaatst zijn?
Nee, uitzendbureaus hoeven voor de werkzaamheden die bij de inlener plaatsvinden geen RI&E op te stellen. De werkgever die gebruikmaakt van uitzendkrachten moet vóór aanvang van de werkzaamheden aan de werkgever van de uitzendkrachten (het uitzendbureau), een kopie van de RI&E toesturen (artikel 5, lid 5 Arbowet). D.w.z. dat deel van de RI&E dat relevant is voor het werk van de uitzendkracht.
Uitzendbureaus zijn verplicht de RI&E te verstrekken aan hun uitzendkrachten/werknemers (artikel 11, Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs).
Is een bedrijf met meerdere vestigingen verplicht om voor iedere vestiging apart een RIE uit te voeren?
De Arbowet kent geen onderscheid tussen filialen of vestigingen. De RI&E dient alle aspecten van het werk te omvatten. Dat betekent dat primair voor iedere werkplek en dus ook voor elk filiaal de risico’s in kaart gebracht moeten worden, temeer omdat de risico’s ook kunnen verschillen per filiaal (denk aan brandpreventie, BHV, lawaai etc.). Dit neemt niet weg dat een aantal aspecten m.b.t. de RI&E min of meer identiek kunnen zijn (denk aan arbeidstijden, zwangerschap, preventiemedewerkers etc.)
Kortom: Ja, voor ieder afzonderlijke filiaal / vestiging moeten de risico’s geïnventariseerd en geëvalueerd worden in de RI&E. Sommige van die risico’s kunnen voor alle filialen / vestigingen identiek zijn.
Is een werkgever die bevestigd is in een huurpand verplicht om en RIE uit te voeren?
Ja, iedere werkgever in Nederland is verplicht een RI&E uit te voeren. Het maakt hierbij niet uit of het bedrijf in een huurpand is gevestigd. Indien er knelpunten uit de RI&E naar voren komen die betrekking hebben op het pand, is de werkgever op basis van de Arbowet verantwoordelijk voor het oplossen van deze knelpunten.
In de praktijk zullen de huurders zich tot de verhuurder richten wanneer er knelpunten uit de RI&E naar voren komen die betrekking hebben op het pand.
Moet een bedrijf ook een RI&E opstellen voor de werknemers van een ingehuurd bedrijf?
Nee, de bedrijven die worden ingehuurd zijn zelf verantwoordelijk voor het opstellen van een RI&E voor de werkzaamheden die zij door hun eigen werknemers laten uitvoeren. Ook wanneer deze werkzaamheden op een andere locatie worden uitgevoerd. Het opdrachtgevende bedrijf hoeft ook de RI&E van het ingehuurde bedrijf niet in bezit te hebben.
Het inhurende bedrijf is wel verantwoordelijk voor het voorkomen van gevaar voor gasten (in de Arbowet omschreven als derden), hier vallen ook de werknemers van het ingehuurde bedrijf onder. Uw gasten mogen namelijk niet het slachtoffer worden van uw bedrijfsactiviteiten. U moet uw gasten waarschuwen/informeren over gevaarlijke situaties in het bedrijf zoals losliggende traptreden of vorkheftrucks die door het bedrijf rijden.
Bij de inhuur van uitzendkrachten óf bij de inzet van stagiaires is het inlenende bedrijf wel verplicht een RI&E op te stellen mede voor deze werknemers.
Moeten bedrijven die gezamenlijk in een pand zitten allemaal een aparte RI&E maken of kunnen zij volstaan met één gezamelijke RI&E?
Elke werkgever is verplicht een eigen RI&E op te stellen, inclusief plan van aanpak. Dat er meer bedrijven in één bedrijvenpand gevestigd zijn maakt hierbij niet uit. Natuurlijk komen er zaken in de RI&E aan de orde die collectief geregeld kunnen worden, denk bijv. aan de bedrijfshulpverlening. Dan is samenwerking met de andere bedrijven in het bedrijvenpand geboden.
Wat is een ARIE en Brzo?
Op het gebied van arbeidsveiligheid bestaat voor kleinere bedrijven (die werken) met aanzienlijke hoeveelheden gevaarlijke stoffen een aanvullende regeling in het Arbeidsomstandighedenbeleid: de zogenaamde ARIE-regeling (artikelen 2.2 t/m 2.5h Arbobesluit). Dit is feitelijk een aanvullende Risico-Inventarisatie en –Evaluatie (RI&E) m.b.t. de risico’s van zware ongevallen met gevaarlijke stoffen.
Voor zo’n 700 veelal wat grotere bedrijven gelden de verplichtingen zoals het Besluit risico’s zware ongevallen (Brzo). Deze Brzo-bedrijven hebben verplichtingen, zoals het opstellen van een veiligheidsrapport en het maken van een intern noodplan.
Om bedrijven te helpen bij het vaststellen of ze onder de ARIE-regeling vallen heeft het ministerie van SZW een rekentool laten ontwikkelen. Meer informatie over de ARIE en de Brzo vindt u op het Arboportaal.
Aan welke eisen moet de RI&E voldoen?
Volgens artikel 5 van de Arbeidsomstandighedenwet moet een RI&E in ieder geval aan de volgende eisen voldoen:
- een overzicht geven van de risico’s die het werk met zich meebrengt;
- het bevat een beschrijving van gevaren en de risico-beperkende maatregelen;
- een overzicht van risico’s voor bijzondere categorieën werknemers (in ieder geval voor jeugdige werknemers en zwangere of borstvoedinggevende werkneemsters);
- het bevat een beschrijving hoe werknemers toegang hebben tot preventiemedewerkers, bedrijfsartsen, hogere veiligheidskundigen, arbeidshygiënisten, arbeids- en organisatiedeskundigen en arbodienst;
- het bevat een plan van aanpak met maatregelen om de risico’s te voorkómen of te beperken;
bij iedere maatregel uit het plan van aanpak moet worden aangegeven wanneer het wordt uitgevoerd.
Waar haal ik de informatie vandaan voor het opstellen van de RI&E?
Binnen een bedrijf zijn verschillende gegevensbronnen waarop de RI&E kan worden gebaseerd. Denk hierbij aan:
- (ziekte)verzuimgegevens;
- ongevalsregistratie;
- gegevens over (vermoede) beroepsziekten;
- gegevens over toetreding tot de WIA;
- personeelssamenstelling en personeelsverloop;
- generieke gegevens van de bedrijfsarts bijv. naar aanleiding van spreekuurervaringen;
- rapporten van arbodeskundigen op het gebied van arbeidsomstandigheden, organisatieadviezen, etc.;
- informatie van vertrouwenspersonen en bedrijfshulpverleners;
- registers van toxische stoffen en kankerverwekkende stoffen;
- productinformatie van leveranciers;
- klachten van werknemers (interne klachtenprocedure);
- gegevens van de brancheorganisatie;
- informatie van de arbodienst.
Let daarbij goed op het waarborgen van de privacy van werknemers.
Wie heeft welke verantwoordelijkheid bij het opstellen van de RI&E, het toetsen en het uitvoeren van de RI&E met het plan van aanpak?
Hoe we het ook wenden of keren, uiteindelijk is de werkgever verantwoordelijk voor het opstellen en uitvoeren van de RI&E en het plan van aanpak. Als er zaken rond die RI&E niet goed gaan dan is dat de verantwoordelijkheid van de werkgever. Een werkgever met 25 of minder werknemers mag de RI&E geheel zélf uitvoeren, maar in veel bedrijven is deze taak neergelegd bij de preventiemedewerker. Zie ook De RI&E, door wie?
Indien een bedrijf een RI&E en plan van aanpak heeft gemaakt moet deze RI&E en plan van aanpak voor een onafhankelijke toetsing worden voorgelegd aan een gecertificeerde arbodienst of gecertificeerde arbodeskundige of een BIG-geregistreerde bedrijfsarts.
De arbodienst/arbodeskundige/bedrijfsarts stuurt het resultaat van deze toetsing niet alleen aan de werkgever, maar ook aan de OR of de PVT. Het advies van de arbodienst/arbodeskundige/bedrijfsarts kan tot een aanpassing in de RI&E en het plan van aanpak leiden. De aangepaste RI&E en het plan van aanpak worden vervolgens voorgelegd aan de OR of PVT ter instemming. Na instemming van de OR of PVT gaat de werkgever met hulp van de preventiemedewerker aan de slag met het plan van aanpak.
De Inspectie SZW kan de werkgever vragen om de RI&E en het plan van aanpak. Als daarin is afgeweken van het advies van de arbodienst, arbodeskundige of bedrijfsarts zal Inspectie SZW vragen om de motivatie: Wat zijn ze overwegingen van de werkgever geweest om af te wijken van het advies van de arbodienst of arbodeskundige. Alleen Inspectie SZW kan de werkgever dwingen om bepaalde maatregelen te treffen.
Hoelang is de RI&E geldig en wanneer moet deze worden bijgesteld?
De werkgever moet er voor zorgen dat de RI&E aansluit bij de actuele ontwikkelingen in de organisatie. Een RI&E van 8 jaar oud zal al heel gauw verouderd zijn en niet meer aansluiten bij de risico’s die de werknemers nu lopen. In de Arbowet worden echter geen geldigheidstermijnen genoemd.
Maar als u grote aanpassingen in het bedrijf aanbrengt, moet u de RI&E ook aanpassen. Nieuwe machines, een nieuwe manier van werken, een reorganisatie of een nieuwe locatie? Veranderingen in uw bedrijf betekenen een aangepaste RI&E. U inventariseert dan opnieuw welke risico’s er in uw organisatie spelen.
Anderzijds kunnen ook ontwikkelingen in wetgeving een reden zijn om uw RI&E aan te passen.
In ieder geval is het van belang dat het bijbehorende plan van aanpak aantoonbaar actueel te houden.
Wie mag de RI&E toetsen en wat houdt die toetsing in?
In onderstaand stroomschema ziet u in één overzicht wie uw RI&E mag toetsen en wat die toetsing inhoudt. Zie onderstaande tekst voor meer uitleg.
(klik op de afbeelding voor groot formaat)
Uitleg bij het stroomschema:
Wijze van toetsen: op papier of bedrijfsbezoek
De verplichting tot toetsing van de RI&E is vastgelegd in de Arbowet. Hierin staat dat werkgevers zich hierbij moeten laten bijstaan door een gecertificeerd arbo-kerndeskundige. De wijze van toetsing is niet vastgelegd in de arbowet, maar in de certificatieregelingen van deze arbodeskundigen.
Voor Arbodiensten (vangnetregeling) verplicht de Certificatieregeling Arbodiensten het toetsen van de RI&E middels een werkplekbezoek. Zelfstandige arbodeskundigen (maatwerkregeling) hebben ook een certificatieregeling, maar daaruit volgt geen verplichting van het toetsen van de RI&E door middel van een werkplekbezoek. Zij kunnen daarom volstaan met een papieren toetsing. Wel dient opgemerkt te worden dat voor een kwalitatief goede toetsing, een werkplekbezoek zeer gewenst is.
Is iedere werkgever ook verplicht zijn RI&E te laten toetsen?
Nee, het toetsen van de RI&E hangt af van de grootte van het bedrijf en het soort RI&E-instrument dat gebruikt wordt. Voor het toetsen van de RI&E zijn verschillende varianten mogelijk.
Wanneer moet een bedrijf de RI&E opnieuw laten toetsen?
In de Arbowet wordt geen termijn genoemd met betrekking tot de geldigheidsduur van de RI&E. Uitgangspunt is dat de RI&E actueel dient te zijn. Een RI&E moet bijgesteld en opnieuw getoetst worden als er in een bedrijf iets verandert in de werkmethoden, de werkomstandigheden of bij technische innovaties. Bijvoorbeeld bij de inrichting van een nieuwe productielijn, de uitbreiding van het dienstenpakket, een (interne) verhuizing of ingrijpende verbouwing of een ingrijpende wijziging in de taken van werknemers.
In het kader van een certificering (bijvoorbeeld VCA) kunnen soms aanvullende eisen worden gesteld met betrekking tot de termijn waarop de RI&E getoetst moet worden.
Wanneer komt een bedrijf in aanmerking voor toetsinsvrijstelling?
Een bedrijf komt in aanmerking voor toetsingsvrijstelling wanneer het voldoet aan de volgende voorwaarden:
- Bij het bedrijf werken maximaal 25 werknemers (alle vestigingen samen).
- Voor het opstellen van de RI&E wordt gebruikt gemaakt van een branchespecifiek RI&E-instrument dat is goedgekeurd door de sociale partners en een gecertificeerde arbo-deskundige.
- Het bedrijf valt onder de betreffende branche.
Een erkend branchespecifiek RI&E-instrument is voorzien van dit icoontje
Hoe wordt het aantal werknemers bepaald voor criterum van maximaal 25 werknemers voor toetingsvrijstelling?
Holdings, BV’s en Vestigingen
Voor bedrijven, werkmaatschappijen en zelfstandige BV’s die onderdeel zijn van een Holding of voor vestigingen van een grotere organisatie geldt dat wanneer het bedrijf of vestiging een autonome verantwoordelijkheid heeft met betrekking tot investeringsbeslissingen en/of een eigen budget heeft voor arbo met eigen sturingsmogelijkheden, het aantal werknemers in bedrijf of vestiging geteld wordt. Worden dit soort beslissingen op hoger niveau genomen, dan telt men het aantal werknemers van de totale organisatie of vestiging. Dus ook bij vestigingen van een grotere organisatie telt men in dat geval de werknemers van de hele organisatie.
Detachering van personen
Wanneer het inlenende bedrijf bepaalt hoe de gedetacheerde medewerkers exact werken, wat er gedaan moet worden, hoe er gewerkt moet worden etc. dan dient het inlenende bedrijf deze medewerkers te beschouwen als ‘gewone’ werknemers. Dit betekent dat het bedrijf verplicht is voor de werkzaamheden van deze medewerkers een RI&E op te stellen en dat deze ook meegeteld moeten worden voor het bepalen van het aantal werknemers. Werken de gedetacheerde medewerkers min of meer autonoom, dan worden de medewerkers meegeteld bij het detacheringsbedrijf.
Inhuur van bedrijven
Bedrijven die worden ingehuurd zijn zelf verantwoordelijk voor het opstellen van een RI&E voor de werkzaamheden die zij uitvoeren. Voorbeelden hiervan zijn: de inhuur van bedrijven die regelmatig het kopieerapparaat onderhouden of het inhuren van een loodgieter. De onderhoudsmensen van het kopieerapparaat en de loodgieter tellen niet mee bij het bepalen van het aantal mensen in het bedrijf.
Bij wisselende aantallen in een jaar
Er wordt gekeken naar het gemiddeld aantal personeelsleden per jaar. Daarbij geldt niet het aantal FTE’s, maar het aantal daadwerkelijke personen.
Wat wordt verstaan onder een RI&E-toets door de arbodienst?
Bedrijven die niet in aanmerking komen voor toetsingsvrijstelling moeten hun RI&E laten toetsen. De toets door de arbodienst houdt in dat de arbodienst/veiligheidskundige de RI&E toetst door middel van een bedrijfsbezoek.
Mag een ‘eigen’ arbodeskundige de toetsing van de RI&E van het bedrijf doen?
Dit hangt af van welke van de 2 regelingen er gelden voor het bedrijf: de maatwerkregeling of de vangnetregeling.
De vangnetregeling: Het bedrijf is aangesloten bij een gecertificeerde arbodienst. Dan moet de gecertificeerde arbodienst deze RI&E toetsen. Een eigen kerndeskundige van het bedrijf mag de RI&E dan wel maken maar niet toetsen, ook als deze eigen deskundige gecertificeerd is. Immers de vangetregeling stelt dat de aangesloten arbodienst de toetsing moet doen. In het zeldzame geval dat de kerndeskundige van de Arbodienst de RI&E uitvoert voor het bedrijf, dan mag deze zelfde kerndeskundige van de Arbodienst ook deze RI&E toetsen. Maar dit zal niet vaak voorkomen, omdat dit een dure optie is. Áls een arbodienst al de uitvoering van een RI&E bij een bedrijf doet zal dat eerder een MVK-er zijn. Hierna zal de gecertificeerde kerndeskundige van de Arbodienst de toetsing uitvoeren.
De maatwerkregeling: Het bedrijf heeft contracten met verschillende arbodeskundigen (zo’n maatwerkregeling is alleen mogelijk als dit is overeengekomen met OR PVT of als het is vastgelegd in de CAO). In dit geval zou het kunnen zijn dat een gecertificeerde interne arbokerndeskundige de RI&E zelf maakt en toetst (zie: artikel 14, lid 2 , onder b. Arbowet). Let wél: de interne arbokerndeskundige moet wél gecertificeerd zijn. Hij/zij moet beschikken over een persoonscertificaat HVK’er, arbeidshygiënist of arbeids- en organisatiedeskundige dan wel een BIG-geregistreerde bedrijfsarts zijn.
In de organisatie werken naast werknemers in loondienst ook vrijwilligers. Moet voor de vrijwilligers ook een RI&E uitgevoerd worden?
In principe heeft de RI&E alleen betrekking op de werknemers die in loondienst zijn, maar als in de organisatie gewerkt wordt met gevaarlijke stoffen en/ of biologische agentia is de RI&E, voor deze onderdelen ook van toepassing op de vrijwilligers in de organisatie.
Is een ZZP-er verplicht een RI&E uit te voeren?
Nee, op basis van de Arbowet zijn ZZP-ers niet verplicht een RI&E uit te voeren. De RI&E verplichting geldt alleen voor organisaties met personeel.
Hoewel ZZP-ers niet officieel in dienst zijn bij een bedrijf, kan het voorkomen dat ze door Inspectie SZW als werkgever of werknemer worden gezien. Een ZZP-er is volgens de Arbowet iemand die arbeid verricht en dit niet doet als werkgever of werknemer. Een ‘werknemer’ is volgens de Arbowet: “iemand met een arbeidsovereenkomst of publiekrechtelijke aanstelling bij een werkgever”. Een ZZP-er wordt gezien als werkgever wanneer hij/zij mensen in dienst neemt en/of gebruik gemaakt van stagiaires en/of uitzendkrachten. Ook geldt de RI&E verplichting als een ZZP-er een andere ZZP-er inhuurt en gezag uitoefent over de werkzaamheden van de ingehuurde ZZP-er. Voor het begrip ‘gezag’ zie hier.
In de Arbowet en het Arbobesluit zijn wel andere verplichtingen opgenomen met betrekking tot arbeidsomstandigheden die wel degelijk gelden voor de ZZP-er. U kunt hierbij denken aan verplichtingen met betrekking tot het werken met asbest. Meer informatie hierover vindt u op de site van Arboportaal en ZZPveiligwerken.
Moet een ZZP-er met 1 personeelslid in dienst de RI&E laten toetsen?
Indien een ZZP-er 1 personeelslid in dienst neemt, waarbij deze werknemer niet meer dan 40 uur werkt, dient men dan de RI&E te laten toetsen? Samen werken ze namelijk 80 uur in de week.
In deze situatie wordt de ZZP-er in feite een werkgever, immers, hij sluit een arbeidsovereenkomst af met 1 medewerker (voor max 40 uur per week). Dus de ZZP-er/werkgever moet voor deze werknemer een RI&E maken (u kunt in dit geval ook gebruik maken van de ‘Checklist gezondheidrisico’s).
Maar de ZZP-er/werkgever hoeft de RI&E niet te laten toetsen. Want bij 40 of minder uren arbeid per week is een toetsing niet verplicht. De uitzondering voor het toetsen van de RI&E voor deze ‘kleine’ werkgevers is terug te vinden in artikel 14, onderdeel a van de Arbowet.
Is een ZZP-er, die gebruik maakt van stagiaires, verplicht een RI&E uit te voeren?
Ja, volgens de Arbowet wordt degene die een ander onder zijn/haar gezag arbeid laat verrichten gezien als werkgever en is hij/zij daarmee verplicht een RI&E uit te voeren.
Wat wordt er verstaan onder het begrip “onder gezag arbeid laten verrichten”?
Iemand werkt onder uw gezag als u bepaalt waar diegenen moet werken; met welke middelen hij moet werken; hoe er gewerkt moet worden etc. Feitelijk stuurt u het werk van de ander aan.
Indien de stagiaires voor maximaal 40 uur per week arbeid verrichten (alle stagiaires bij elkaar opgeteld) kunt u bijvoorbeeld gebruik maken van de ‘Checklist gezondheidsrisico’s’, een beknopt RI&E instrument. Wanneer voor maximaal 40 uur per week arbeid wordt verricht hoeft de RI&E bovendien niet getoetst te worden door de arbodienst/arbodeskundige/bedrijfsarts.
Verrichten de stagiaires voor meer dan 40 uur per week arbeid (alle stagiaires bij elkaar opgeteld) dan moet u gebruik maken van een branche RI&E instrument.
Moet een BV met twee personen (waarvan 1 eigenaar) ook een RI&E opstellen?
Mijn partner en ik zijn beide in loondienst bij een BV waarvan mijn partner 100% directeur/eigenaar is. Dient deze BV ook een RI&E op te stellen?
In deze situatie wordt alleen de partner van de eigenaar als personeel geteld. De BV is dus verplicht een RI&E op te stellen voor de partner.
Moet er een RI&E worden opgesteld bij de inhuur van een ZZP-er?
Is de ZZP-er in dienst van een bedrijf (heeft de ZZP-er een arbeidsovereenkomst met het bedrijf waar hij werkt), dan dient de opdrachtgever een RI&E te maken, omdat de opdrachtgever dan een werkgever is met een werknemer in dienst.
Wordt de ZZP-er voor losse klussen ingehuurd en is de ZZP-er dus niet in dienst van het bedrijf, dan geldt er geen verplichting voor de inhuurder tot het maken van een RI&E. Dus ook bij inleen/inhuur van meerdere ZZP-ers is het inlenende bedrijf niet verplicht een RI&E op te stellen voor deze ingeleende ZZP-ers.
De RI&E verplichting geldt WEL als een bedrijf een ZZP-er inhuurt en gezag uitoefent over de werkzaamheden van de ingehuurde ZZP-er.
Een hoofdaannemer mag op basis van het civiele recht gerust van een ZZP’er een RI&E eisen; maar dit is geen verplichting op basis van de Arbowet.
Als ZZP’er zoudt u kunnen vragen aan de hoofdaannemer aan welke eis die RI&E precies moet voldoen. Indien u dit niet wilt/kunt, dan is het gebruik van de Checklist Gezondheidsrisico’s ook goed. Eventueel kunt u ook gebruik maken van de relevante delen van de Algemene MKB RI&E. Beide RI&E instrumenten zijn terug te vinden op www.rie.nl.
Als het gaat om het meewerken van u, als ZZP’er, bij de uitvoering van een bouwwerk dan bent u als ZZP’er wél verplicht om mee te werken aan het V&G-plan voor het bouwwerk. Zo’n V&G-plan kun je zien als een RI&E voor de bouwplaats.
Dit is terug te vinden in art. 2.35 Arbobesluit in combinatie met art. 9.5 , lid 3 Arbobesluit.
Moet een ZZP-er een RI&E uitvoeren om in aanmerking te komen voor certificering (bijvoorbeeld VCA)?
Om in aanmerking te komen voor een certificering kan het zijn dat een ZZP-er toch een RI&E moet uitvoeren ook al is dit niet verplicht volgens de Arbowet. De VCA-certificering is zo’n certificering die eist dat ook van ZZP-ers een RI&E uitvoeren. Ook opdrachtgevers die VCA gecertificeerd zijn kunnen een ZZP-er vragen een RI&E uit te voeren.
Moet er voor een BV met alleen DGA’s een RI&E worden gemaakt?
DGA’s worden niet gezien als een werknemer met een dienstverband. Daarom hoeft een BV met alleen DGA’s geen RI&E te maken.
Is een VOF verplicht een RI&E op te stellen?
Een Vennootschap onder firma (VOF) is geen rechtspersoon zoals bijv. de B.V. In een VOF werken twee of meerdere personen samen en brengen ieder iets in in de VOF (geld, materiaal, arbeid). Iedere vennoot blijft zélf verantwoordelijk en opereert vaak als zelfstandige.
Dit betekent voor de Arbowetgeving dat de vennoten (in principe) niet worden gezien als werkgever/werknemer. De hoofdregel is dan dat de Arbowetgeving niet geldt voor een VOF. Dus ook de verplichting tot het maken van een RI&E óf het organiseren van BHV is voor een VOF dan niet verplicht.
Eigenlijk werkt iedere vennoot als zelfstandige. En voor zelfstandigen zijn er wel enkele verplichtingen uit de Arbowetgeving van toepassing: zie daarvoor artikel 9.5 van het Arbeidsomstandighedenbesluit. Het gaat dan om hele specifieke voorschriften zoals het werken met gevaarlijke stoffen en het werken op hoogte.
Zodra een vennoot iemand voor zich laat werken via bijv. een arbeidsovereenkomst, dan wordt deze vennoot gezien als een werkgever en geldt de Arbowetgeving in die situatie wél!
Is een maatschap verplicht een RI&E op te stellen?
Een maatschap is geen rechtspersoon zoals bijv. de B.V. In een maatschap werken twee of meer personen samen onder 1 gemeenschappelijke naam, maar iedere maat is zélf verantwoordelijk. Dit betekent voor de Arbowetgeving dat zij niet worden gezien als werkgever/werknemer. De hoofdregel is dan dat de Arbowetgeving niet geldt voor een maatschap. Dus ook de verplichting tot het maken van een RI&E óf het organiseren van BHV is voor een maatschap niet verplicht.
Eigenlijk werkt iedere maat als zelfstandige. En voor zelfstandigen zijn er wel enkele verplichtingen uit de Arbowetgeving van toepassing: zie daarvoor artikel 9.5 van het Arbeidsomstandighedenbesluit. Het gaat dan om hele specifieke voorschriften zoals het werken met gevaarlijke stoffen en het werken op hoogte.
Zodra een maat iemand voor zich laat werken via bijv. een arbeidsovereenkomst, dan wordt deze maat gezien als een werkgever en geldt de Arbowetgeving in die situatie wél!
Waar vind ik info over veilig werken voor ZZP-ers?
Op de website van het ministerie kunt u informatie vinden over veilig werken door ZZP-ers. Hier staan o.a. een checklist om te testen hoe veilig je werkt als ZZP-er en een test over je kennis van veiligheid. Ook diverse filmpjes over onveilige situaties en informatie over de diverse veiligheidsonderwerpen.
Wat is een preventiemedewerker?
In elk bedrijf moet een preventiemedewerker aanwezig zijn. Dit is een medewerker binnen het bedrijf die zich bezighoudt met de veiligheid en gezondheid op de werkvloer.
Als het bedrijf maximaal 25 werknemers heeft, dan kan ook de werkgever zélf de preventietaken uitvoeren.
Mag de directeur zelf preventiemedewerker zijn?
De preventiemedewerker is vaak een rol van een van de werknemers. Bij bedrijven tot 25 medewerkers kan de werkgever deze rol zelf vervullen.
Is het hebben van een preventiemedewerker verplicht?
Ja, elke organisatie met werknemers is verplicht zich bij te laten staan door één of meer deskundige werknemers. Dit staat letterlijk in artikel 13, lid 1 van de Arbowet). Deze deskundige werknemers zijn de preventiemedewerkers.
Welke regels gelden er voor preventiemedewerkers?
- Bedrijven met méér dan 25 werknemer moeten een medewerker aanwijzen als preventiemedewerker.
- Bij bedrijven met maximaal 25 werknemers in dienst mag de directeur zélf de preventiemedewerker zijn.
- Het bedrijf mag niet iemand van buiten aanstellen als preventiemedewerker. Behalve als er echt geen mogelijkheden zijn om de preventiemedewerker binnen het bedrijf aan te wijzen.
- De keuze voor één of meerdere preventiemedewerkers en de positie van de preventiemedewerkers in de organisatie hebben de instemming van de ondernemingsraad nodig (artikel 13, lid 1 Arbowet en artikel 27, lid 1 t/m 3 van de WOR).
- Het is van belang dat de preventiemedewerker die wordt aangewezen, over voldoende deskundigheid, ervaring en tijd beschikt om de preventietaken goed uit te kunnen voeren.
- De preventiemedewerker voert de taken uit met behoud van zijn/haar zelfstandigheid en onafhankelijkheid. De preventiemedewerker heeft benadelingsbescherming (hiermee wordt bedoeld dat een werknemer niet vanwege zijn/haar functie als preventiemedewerker benadeeld mag worden door de werkgever), net zoals leden van de ondernemingsraad.
- In de RI&E moet worden aangeven hoe werknemers in contact kunnen treden met de preventiemedewerker, dus hoe de toegankelijkheid geregeld is.
Een advies van de preventiemedewerker aan de OR of personeelsvertegenwoordiging (PVT) moet via een kopie aan de werkgever gezonden worden.
Wat zijn de taken van een preventiemedewerker?
Er is een algemene inhoudelijke taak-eis voor preventiemedewerkers: “Werkgever laat zich t.a.v. de naleving van zijn verplichtingen op grond van deze wet bijstaan door één of meer deskundige werknemers” (artikel 13, lid 1 Arbowet).
Specifieke inhoudelijke taakeisen voor ‘preventiemedewerkers’ (artikel 13, lid 7 Arbowet) zijn:
- het meewerken aan of het opstellen van een RI&E (incl. het plan van aanpak);
- het meewerken aan het uitvoeren van de maatregelen uit o.a. het plan van aanpak;
- het samenwerken met en het adviseren aan de OR of de personeelsvertegenwoordiging (PVT);
- het samenwerken met en het adviseren aan de bedrijfsarts, de arbodeskundige of de arbodienst;
Per 1 juli 2017 is de Arbowet gewijzigd. Wat betekent dit voor de preventiemedewerker?
Naast de bedrijfsarts krijgt ook de preventiemedewerker een stevigere rol in de nieuwe Arbowet. Elk bedrijf moest al ten minste één werknemer aanwijzen als preventiemedewerker. De preventiemedewerker krijgt nu ook als taak te adviseren aan en samen te werken met de bedrijfsarts en andere arbodienstverleners. Daarnaast moet de benoeming van de persoon en de positie van de preventiemedewerker in de organisatie met instemming van de OR of personeelsvertegenwoordiging (PVT) plaatsvinden. Dit geldt sinds 1 juli 2017 voor elke nieuw aangestelde preventiemedewerker.
Is een preventiemedewerker hetzelfde als een Bedrijfshulpverlener (BHV’er)?
Nee, zoals het woord preventiemedewerker al zegt, richt een preventiemedewerker zich op preventie. Dit in tegenstelling tot bedrijfshulpverleners (BHV’ers) die zich voorbereiden op incidenten en calamiteiten en dus reageren als het mis is gegaan (reactief).
Welke deskundigheid moet een preventiemedewerker hebben?
Er staan geen concrete opleidingseisen in de Arbowet. Welke deskundigheid een preventiemedewerker nodig heeft wordt bepaald door de risico’s in het bedrijf. Zijn er veel en complexe risico’s in het bedrijf aanwezig dan zal de preventiemedewerker over méér deskundigheid moeten beschikken. De risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) moet een antwoord geven op de vraag welke risico’s er zijn en wat de ernst van deze risico’s zijn. De deskundigheid van de preventiemedewerker moet dus aansluiten op de risico’s in het bedrijf.
In de RI&E moet wel worden aangegeven welke maatregelen het bedrijf heeft genomen m.b.t. onder meer de deskundigheid en de beschikbare tijd voor de preventiemedewerker (artikel 13, lid 9 Arbowet). Er bestaat geen wettelijke plicht tot het volgen van een opleiding voor preventiemedewerker. Maar de wet zegt wél dat de preventiemedewerker zijn taak ”naar behoren” moet kunnen uitvoeren. Zeker als de preventiemedewerker weinig of geen kennis heeft van arbeidsomstandigheden dan is het volgen van een preventiemedewerker-opleiding aan te bevelen. Bij de toetsing van uw RI&E zal de arbodienst, arbodeskundige óf de bedrijfsarts u hierover kunnen adviseren.
Hoeveel tijd moet ik als preventiemedewerker (minimaal) besteden aan mijn taken?
De Arbowet geeft niet aan hoeveel tijd u (minimaal) moet besteden aan de uitvoering van de preventietaken. Dat is natuurlijk ook moeilijk aan te geven, omdat dat verschilt van bedrijf tot bedrijf. Het aantal risico’s en de ernst van de risico’s in het bedrijf zijn medebepalend voor de hoeveelheid tijd die u als preventiemedewerker moet besteden aan uw taken. De risico-inventarisatie en -evaluatie van uw bedrijf is in grote mate bepalend voor het vaststellen van de hoeveelheid benodigde tijd voor de preventiemedewerker. Bij de toetsing van uw RI&E zal de arbodienst of de Arbo- deskundige u hierover kunnen adviseren.
Er bestaat een handig hulpmiddel om u te helpen bij het vaststellen van de hoeveelheid tijd voor u als preventiemedewerker: de quickscan.
Waar vind ik meer informatie over hoe ik mijn taak als preventiemedewerker uitvoer?
Meer informatie en hulpmiddelen over hoe u uw taken als preventiemedewerker uit kan voeren kunt u vinden op de website van inpreventie.nl. Bijvoorbeeld als wilt weten hoeveel tijd het preventiewerk kost, welke deskundigheid u verder nodig hebt; als u iets wilt doen aan de werkdruk in uw bedrijf; als u in contact wilt komen met andere preventiemedewerkers of als u wilt weten wat een preventiemedewerker oplevert. Informatie en tools hierover zijn ook op onze website te vinden via deze pagina.
Hoe zie ik of een RI&E-instrument erkend was ten tijde van afronden?
Wanneer gebruik gemaakt wordt van een erkend RI&E-instrument (te herkennen aan het groene logo), hoeven bedrijven met ten hoogste 25 medewerkers hun RI&E, bij gebruik van het RI&E-instrument van hun branche, niet te laten toetsen. Dit geldt alleen wanneer het RI&E-instrument op het moment dat de RI&E afgerond is (inclusief plan van aanpak) erkend was.
In dit overzicht is de historie van erkende instrumenten terug te vinden.